Voor wat het waard is natuurlijk, want ieder parcours is weer anders. De omstandigheden zijn anders. En in sommige gevallen, ondanks het predikaat Olympic Distance, zijn ook de afstanden anders. Maar het belangrijkste is of ik een goed gevoel aan de wedstrijd had overgehouden. Absoluut. Maar waar ik mezelf in Münster verbaasde met een super zwemtijd, kwam dat dit keer niet uit de verf. En waar ik in Münster op de fiets en lopend eigenlijk verzaakte, knalde ik daar nu wel ouderwets. Dus eigenlijk weer een ouderwetse knuddezwem-topbikerun triathlon.
Maar achteraf bleek ook dat zwemmen nog wel mee te vallen. Door het warme weer was het water 22.7ºC, en daarmee te warm voor een wetsuitswim. En daar haal ik juist het meeste voordeel uit. Dus weer een tijd van twintig minuten zwemmen zou het niet worden, maar ik hoopte zonder wetsuit wel op 25 minuten uit te komen. Ware het niet dat het zwemparcours aan de zeer ruime kant was: 1750 meter bleek achteraf. Daarnaast stond er ook de nodige stroming en geen wetsuit dus, waarmee het optelsommetje snel gemaakt is. Ik klom na ongeveer 27 minuten op de kant en dacht dus dat ik ontzettend slecht had gezwommen. Maar wat ik niet wist, was dat ik een 20e zwemtijd had gerealiseerd. Dus in relatieve zin was het zo beroerd nog niet. Wel had ik onderweg behoorlijk last van een zwemmer voor me die aan het zigzaggen was. Daar kwam ik meerdere malen mee in aanraking.
plek 20, iets rechts van het midden (foto: SC Altenrheine)
Dat mijn zwemmen niet helemaal zo goed was als in Münster klopte ook wel, want eenmaal op de fiets had ik na ongeveer een kilometer Lukas Tschöpke in het vizier. Die was dus een halve minuut voor mij het water uit. In Münster zat hij nog een minuut achter me. Dus toch ongeveer anderhalve minuut langzamer gezwommen dan eind juni. Dat zal ook het gevolg zijn van het stilliggen van de techniektraining bij mijn club WS Twente, waar ik ontzettend veel aan heb. Dus hopelijk gaan die techniektrainingen weer snel van start. Anyway, omdat ik nog steeds het gevoel had zo bagger te hebben gezwommen trok ik meteen alle registers open op de fiets. Full force. De omstandigheden waren ook ideaal: 25ºC, zonnetje, weinig wind... knallen maar. En mijn FFWD-wielen waren na Münster weer voorzien van nieuwe Vredestein tubes door Brama Tweewielers, dus ik kon weer met het beste materiaal ten strijde trekken.
Ik had dit keer geen hartslagmeter omgedaan en besloten om de triathlon op gevoel te doen. En dat ging prima. Alleen iedere ronde even kijken naar mijn rondetijd. Na de eerste ronde had ik al in de gaten dat het dik onder het uur zou gaan. Het was lekker inhalen en na de tweede ronde zat ook de achtste afstand op het parcours. Volgens mij was na mijn tweede doorkomst net de snelste man van de achtste afstand op het parcours gekomen, want voor mij reed ineens iemand erg hard. Het gat wist ik van 50 meter te dichten tot ongeveer 25 meter, tot ik in een bocht werd opgehouden door een grote groep achterblijvers. Het gat werd weer 50 meter en op die afstand heb ik eigenlijk de volledige laatste anderhalve ronde gekoerst. Dat leverde de derde fietstijd op met 54’55”, een gemiddelde van ongeveer 43 km/h. Alleen twee Bundesliga atleten, Luca Heerdt en Daniel Mehring, de uiteindelijke nummers 1 en 2 van de wedstrijd, noteerden snellere fietstijden. Niks om je voor te schamen dus.
Toen het grote vraagteken, het lopen. In Münster kreeg ik na een aanvankelijk goed begin het tempo niet omhoog. Hier moest dat dus anders. Ik besloot iets rustiger te beginnen en het tempo vervolgens lekker op te bouwen tot een goed wedstrijdtempo. Dit keer kwam ik wel goed in mijn ritme. Al snel in mijn eerste ronde word ik hard voorbij gelopen door Daniel Mehring. Aangezien ik me niet kan herinneren dat ik hem op de fiets heb ingehaald trek ik al snel de conclusie dat die een rondje op me voor moet liggen. Vier rondes van 2,5 kilometer dus.
Vooraf had ik een beetje angst voor het lange offroad stuk langs het kanaal, vooral ingegeven door mijn eerdere deelnames op de achtste afstand. Die angst bleek ongegrond. Ik ontwikkelde een prima tempo en wist juist op dat stuk een tandje bij te zetten. Inmiddels was ik de top-10 binnen gelopen en kreeg Alexander Reichmann in het vizier.
Met nog 2 ronden te gaan ging het tempo er ook niet echt uit. Ik werd in de tweede ronde nog ingehaald door de nummer drie, Sven Wies, maar die liep niet heel veel harder. Inmiddels zat ik op een tempo van sub-40. Achter me zag ik wel Lukas Tschöpke weer dichterbij komen. In Münster haalde hij me na 6 kilometer in, nu aan het begin van ronde 4. Dus na 8 kilometer. Ik probeer gewoon mee te gaan en verlies niet veel terrein. En waar ik in Münster 2 minuten achter hem finish is dat gat nu uiteindelijk maar 28 seconden. Dus gewoon super tevreden met een 9e plek overall, 2e M45 en een nieuw PR van 2h06’23”.
Kortom: het was weer een heel leuk sfeervol triathlondagje. Na afloop nog even leuk bijgekletst met Hessel Rood van TV Argo, Deborah Wissink en Niels te Pas van TC Twente en een hele delegatie van mijn oude vereniging TV Trios uit Borne. Rheine is een partnerstad van Borne en als onderdeel van een uitwisselingsproject worden elkaars wedstrijden bezocht. Daarnaast was de wedstrijd in Rheine ook het Duits Kampioenschap voor dove triatleten. Fantastisch om te zien hoe deze groep atleten er een mooie wedstrijd van maakte en uiteindelijk ook bij de prijsuitreiking voor veel sfeer zorgde.
Voor de volledige uitslagen zie de website van DeineZeiten.de