Een dag eerder had ik al mooi mijn startnummer opgehaald. Met de enorme rijen bij het inschrijfbureau, voorgaande jaren, in het achterhoofd leek me dat een goed plan. Het mocht niet ten koste gaan van de voorbereiding. Dat was sowieso even gezellig en leuk, want we konden meteen even shoppen voor de kinderen in het altijd gezellige Oldenzaal.
Een dag later. Op de fiets richting Oldenzaal. Een tocht die ik kan dromen. Maar dan vooral tijdens de carnaval, als ik in de meest fantasierijke creaties door Boeskoolstad zwerf. Ditmaal kom ik verkleed als hardloper. En is de alcoholinname nihil. En in plaats van gehost wordt er… ja wat? Gerend. Al lijkt het na een kilometer of vijf meer op hossen. Maar daarover zo meer. |
Als het startschot voor deze 10e editite van de Huttenkloasloop valt (ja, ik blijf hem gewoon zo noemen) is het wat bochtig om de Plechelmuskerk heen, maar ik heb al snel ruimte en een mooi tempo te pakken. De eerste kilometer gaat lekker in 3’41”, de tweede in 3’47”. Het doel? Na twee tien kilometers op een lastig parcours in een triathlon, die onder de 40 minuten gingen, denk ik dat ik weer een 38’er moet kunnen lopen. Of met die 10,1 in ieder geval een lage 39’er. In kilometer drie zit even wat stijging als we omhoog moeten naar de Wilmersberg. Ik laat het tempo bewust even zakken (4’04”), wordt wat ingehaald, maar schroef daarna het tempo weer makkelijk op en gooi er weer twee kilometers van 3’49” uit. Doorkomst na vijf kilometer: 19’12”.
En het gaat lekker. En het gaat soepel. Daarna volgt bij De Lutte weer een lastige passage. Wederom moet ik qua tempo passen, maar dit keer serieus. Twee zeer matige kilometers van 4’24” en 4’16” volgen. Ik krijg het tempo daarna ook moeilijk weer omhoog. Het gaat met 4’10” en 4’04” wel weer iets harder, maar niet hard genoeg. Dat valt me toch tegen. Wel weet ik nog Frank Pol in te halen, die duidelijk zijn dag niet heeft. Doorkomst na 10 kilometer op mijn Polar is dan 40’01” met een laatste kilometer van 3’52”. De doorkomst volgens de organisatie zegt totaal iets anders. Of ik heb heel onzuinig meters extra gemaakt, of de afstand klopt niet. In ieder geval finish ik als 16e overall na 40’53”. En dat zou dan 10,1 kilometer moeten zijn, mijn Polar geeft 100 meter extra aan.
Wat zegt deze tijd? Eigenlijk vrij weinig. Ten eerste is het een rare afstand, en een zeker niet makkelijk parcours. Ten tweede is mijn laatste kilometer wel weer goed, dus het lijkt erop dat ik een tempo van 3’45”-3’50” op een vlak parcours wel moet kunnen houden. Ten derde zit ik niet zo gek ver achter clubgenoten Lisanne Meuleman en Joop Vriend (minuutje), die een paar weken eerder op de baan 36’50” liepen. Dus met diezelfde marge zou een 38’er er echt wel in moeten zitten. Maar ik kan natuurlijk niet beoordelen of zij volle bak zijn gegaan.
De laatste test in ieder geval richting Mallorca. Woensdag vlieg ik vanaf Münster en zaterdag de afsluitende triathlon van dit seizoen. Ik heb er zin in!