De voorbereidingen voor seizoen 2019 verlopen eigenlijk heel erg lekker. Het zwemmen gaat goed, fietsen blijf ik lekker door doen en het onderdeel dat ik de laatste jaren flink had verwaarloosd, het lopen, gaat voor het eerst in drie jaar tijd weer erg lekker. Ik loop makkelijk tempo’s waar ik tot voor kort erg veel moeite voor moest doen. Het geheim schuilt daar vooral in andere (vooral rustige) trainingen en een wat aangepaste looptechniek.
Omdat ik vorig jaar zo lekker liep en toen 38’30” op de klok kreeg had ik nu eigenlijk stille hoop dat het harder zou gaan. Ondanks dat ik wederom de eerste kilometers rustig aan moest doen. Het werd wederom een combitraining, na een dag eerder gezellig sinterklaas te hebben gevierd met de familie. Na de lichte verkoudheid kwam daar de paardenallergie nog bij, want ik bleek toch te reageren op mijn nichtje die net van de paardenstal kwam, ondanks dat ze schone kleren aan had getrokken. Geen man overboord, maar tijdens een wedstrijd wel vervelend als je niet voldoende lucht krijgt. Frank noemde het later “gratis hoogtetraining.”
Na een fietstocht van een goede drie kwartier had ik mijn startnummer al snel, daarna twee kilometertjes rustig inlopen en op naar de start. Omdat ik rustig wil starten spring ik ergens rond plek 50-60 in het 500-koppige startveld, dat al ongeduldig klaar staat. Als het startschot valt blijkt dat die plek ook nog wel optimistisch was ingeschat, want velen kiezen ervoor om (te) hard te starten. Ik let op de hartslag, die door de lichte verkoudheid en de problemen met de luchtwegen hoger is dan normaal. De eerste drie kilometer mag die niet boven de 135.
Ik heb dan een groepje om me heen en wordt braaf gevolgd door wat mensen. Sommigen vinden het tempo van 4’40” te langzaam en gaan er voorbij. Ik denk dat ik inmiddels ben afgegleden naar plek 80 of zo. Ik wacht rustig af en hobbel lekker mee. Geen problemen met de klim op de Farwickweg daardoor, die ik probleemloos op loop. Iets verder, voorbij de Wilmersberg, staat dan het drie kilometerbordje. Als ik daar ben ga ik meteen een tempo hoger lopen. Voor het eerst dat ik dat doe dat ik hoorbaar iemand mee hoor probeer te gaan. Dapper. Het tempo is namelijk van 4’40” naar ongeveer 4’05” per kilometer gegaan. De verwachting is dat diegene er niet lang aan zal blijven, en inderdaad, na 100 meter is hij eraf.
Een kilometer verder kegel ik bijna de tweede dame, Stefanie Semmekrot, omver. Bij een plas water passeert zij links, degene die rechts van haar loopt rechts. Er komt ruimte, dus ik wil door het midden. Alleen voorbij de plas komen beiden weer naar binnen, waardoor ik even in aanraking kom.met Stefanie. Geen handige actie van me, maar het gaat gelukkig goed. Bovenop de klim passeer ik ook de eerste vrouw, Marlin Snuverink. Inmiddels zitten er vijf kilometers op.
Ik blijf daarna wel een redelijk tempo lopen en mensen inhalen, maar zo lekker soepel en makkelijk als in Goor en Rijssen gaat het niet. Ik mis duidelijk lucht. Als De Lutte weer in zicht komt zie ik nog wat groepjes voor me lopen, waarbij ik probeer in te schatten of ik ze nog in kan halen. Het eerste groepje haal ik bij nog voor we het bos ingaan, daarvoor zie ik nog een drietal lopen. Ik kijk even op mijn horloge en zie dat ik inmiddels ruim 38 minuten onderweg ben. Die 38’30” kan ik vergeten. Wel krijg ik aansluiting met de volgende lopers, zo’n 600 meter voor de finish bij het negen kilometer punt. Erop en erover.
Tot mijn verrassing komt er dan nog iemand terug als ik net een loper van Iphitos ben gepasseerd. Een jong kereltje zo te zien, met een flink tempo. Ik heb over, dus ik haak aan. Dat ontmoedigt hem meteen zo dat hij het tempo laat varen. Ik trek door en kom zo nog heel dicht op nog een voorganger. Uiteindelijk finish ik na 40’24”, waar ik op zeker twee minuten sneller had gehoopt. Het is zoals het is. Niet geforceerd in ieder geval, en slecht was het ook niet. Op naar de volgende.
Uitslagen 34e Snertloop De Lutte: