De mindere looptijden hebben meerdere oorzaken. Voornaamste: ik ben veel geblesseerd geweest. Soms wat lichte pijntjes, maar het maakte het trainen er niet leuker op. Met als gevolg dat ik de looptrainingen vaak maar liet voor wat het was. Daarnaast heb ik in het verleden natuurlijk behoorlijke tijden gerealiseerd. En ik weet wat ik er voor moet doen om dat soort tijden te lopen. Met drie kinderen moet ik de afweging maken: ben ik nog bereid om die extra tijd en energie erin te steken om op 10 kilometer een paar minuten harder te lopen? Nee dus.
En daarmee is mijn doelstelling heel duidelijk: gewoon fit blijven. Binnen de maximaal beschikbare tijd die ik bereid ben om erin te investeren het maximale eruit halen. En bovenal: blessurevrij blijven. Dat laatste lukt al weer enige tijd, waardoor ik inderdaad weer met meer plezier kan hardlopen. Deze zondagochtend heb ik dus geen superhoge verwachtingen, maar ten opzichte van een jaar eerder hoop ik nu makkelijk onder de 40 minuten te kunnen lopen, waar dat vorig jaar zeer veel moeite kostte.
Tijd voor andere leuke dingen dus. Zoals de avond ervoor naar het carnavalsconcert van Rowwen Hèze, Drie Keer Alaaf. Fantastisch, inclusief een prins, Raad van Elf, Kapel en carnavalesk programma. Genoten samen met mijn vader.
Ook start ik zonder hartslagmeter dit keer. Ik kan prima op gevoel lopen. En ik wil niet iedere kilometer als in een soort Pavlov-reactie op mijn horloge kijken wat mijn kilometertijd nu is. Gewoon, lekker, op gevoel. Net zoals ik vroeger liep. En dan zag ik aan de finish wel wat het resultaat was. Het voordeel van een GPS-horloge is wel dat ik achteraf alsnog die kilometertijden kan uitlezen, maar ik ga er niet meer in de wedstrijd op acteren.
De race. Als we starten ben ik goed weg en heb eigenlijk meteen al wel een goed spoor te pakken. Gevoelsmatig gaat het erg lekker, maar ik beschik nog altijd over meer snelheid dan tempo-duur. Dus het gevaar van een (te) snelle start is altijd aanwezig. In het vervolg word ik dan ook weer bijgehaald door een groep, waar ik op het lange stuk van kilometer 1,5 tot 3,5 lekker achter kan blijven hangen.
Als we de A1 overgaan zet Guido Gosselink, mijn oud clubgenoot bij TC Twente, wat aan en het groepje gaat op een lint. Ik probeer wel mee te gaan, maar moet even passen. Ook een andere oud-clubgenoot uit mijn Groningse tijd bij GVAV Rapiditas komt voorbij: Pieter Oosterhof, inmiddels ook woonachtig in Hengelo. Langzaam trekt het groepje uit elkaar en ik loop nog even samen met Arie Fröberg en Benno Scharenborg, die de 15 kilometer lopen. De doorkomst van 5 kilometer heb ik dan wel even gespiekt op mijn horloge en dat valt me met 19’41” niet mee.
Dat is waarschijnlijk ook de reden dat ik daarna niet makkelijker ga lopen. Ik had het gevoel dat het sneller ging, dus toch even een mentale knauw die tegenvallende tussentijd. Ik probeer ontspannen te blijven lopen en als de 15 kilometerlopers zijn afgezwaaid kom ik alleen te lopen. Nog het viaduct over en dan 2 kilometer terug naar de finish.
Ik word dan nog door een aantal mensen ingehaald. Echt veel over heb ik voor mijn gevoel niet, terwijl dat wel zou moeten. Ik had verwacht dat het makkelijker zou gaan. Maar als dit het is, is dit het. Toch gaat het heel wat simpeler dan een jaar geleden, toen ik moest worstelen om onder de 40 minuten te komen. Die grens is nu nooit in gevaar geweest, de tweede 5 kilometer gaan in 20 minuten precies. Dat moet dus weer harder. Want ik denk dat een 38’er er weer in moet zitten. Mooi doel voor de volgende keer.
Volledige uitslagen op de site van MPM Hengelo