
Daarom vertrok ik weer bijtijds, op het fietsje, richting Enschede. Want dit soort wedstrijden leent zich uitstekend als combitraining: rustig fietsen, wedstrijdje lopen, rustig fietsen. Waarbij mijn planning voor vandaag was om wat harder te lopen dan een week eerder in Oldenzaal. Toen gestart op 5’47” per kilometer en na 12 kilometer opgevoerd naar 4’30”, nu wilde ik starten op 4’30” en na een kilometer of acht het tempo opvoeren naar 4’10”.
Waar ik in het verleden niet zo veel aan verzorging deed is dat in mijn nieuwe benadering een speerpunt geworden. Dus goed verzorgen onderweg, in balans de training en wedstrijd in en in balans er weer uit. Een basisprincipe van Frank en daar wil ik mij graag aan houden. Dus ik ga onderweg de tijd nemen bij de eerste waterpost om te drinken en na de lus wil ik daar ook even stoppen om mijn gel met water weg te spoelen.
De kilometertijden: 4’23”, 4’30”, 4’29”, 4’36”, 4’33”, 4’35”, 4’47” (inclusief stop bij de waterpost), 4’36”. Daarna volgt nogmaals de waterpost, maar ik vergeet daarbij dat er nog een extra stukje heen-en-weer in zit. Dus ik loop met mijn gel naar de waterpost, gooi de verpakking netjes weg in de afvalbak, neem een beker water, maar mag vervolgens weer terug om nog dat stukje heen en weer te lopen. Omdat ik het tempo daarna opvoer gaat de volgende kilometer dan in 4’25”, de gemiddelde hartslag was daarvoor 125 en opgelopen tot 135. Nu ga ik gas geven en op weg terug naar wederom de waterpost kruis ik een achtervolger, die er dan hooguit een minuutje achter zit. Dat gat wordt zes minuten in de laatste zes kilometer.
Na afloop praat ik nog even met wat bekenden. Ook een triathlongekkie schiet mij nog even aan over mijn wedstrijd in Almere. Dat ik daar slecht gelopen had. Proberen uit te leggen dat ik dat met max acht uur training heb gedaan vanwege de balans met thuis. Kreeg ik de oprechte vraag “waarom doe je dan een hele?” Omdat de tijd voor mij onbelangrijk was. Maar probeer dat maar eens duidelijk te maken aan iemand die de halve wereld afreist om te proberen zich te kwalificeren voor Kona. Dat ook maar verder niet geprobeerd. Ieder zijn ding. Zo had ik de afgelopen twee jaar mee kunnen doen aan het WK Ironman 70.3: vorig jaar in Chattanooga, Tennessee, en dit jaar had ik wederom een slot kunnen claimen voor Busselton, Zuid-Afrika. Ook voor volgend jaar is een slot binnen voor The Championship, het WK van de Challenge organisatie, in Samorin, Slowakije. Al deze wedstrijden laat ik aan me voorbijgaan. Ik kies liever mijn eigen wedstrijden en beschouw dat soort kwalificaties als collateral damage. Maar ze zijn zeker geen doel. Wellicht dat ik in de toekomst toch eens zo’n slot verzilver, mocht ik me ooit nog eens kwalificeren. Maar dan moet het wel passen in mijn thuissituatie.